Vandaag gaan we in gesprek met Jaleco Totaal Projectafbouw, een echt Nieuw-Lekkerlands bedrijf én de allereerste Vriend van de SEN. We spreken Rick Janse, één van de eigenaren van het afbouwbedrijf. ‘Als de juiste initiatieven komen, willen we die steunen.’
‘Als een pand wind- en waterdicht is, gaan wij aan de slag’
Jaleco Totaal Projectafbouw is een familiebedrijf, dat al 38 jaar actief is in de afbouw. Het bedrijf richt zich vooral op de bedrijfsmatige kant, de zogeheten ‘business to business’. ‘Bij afbouw weten mensen niet altijd waar ze aan moeten denken, maar concreet gaat het om metal stud wanden, systeemplafonds, verlichting, kozijnen. Kortom: als een pand wind- en waterdicht is, gaan wij aan de slag’, legt Rick uit. ‘Samen met mijn broer Remon en vader Cock vorm ik de directie van Jaleco.’
‘Als familiebedrijf hebben we heel veel binding met het dorp Nieuw-Lekkerland’
Een echt familiebedrijf dus. ‘De familie Janse woont al meer dan vier generaties in Nieuw-Lekkerland. Er is heel veel binding met het dorp.’ Die binding is ook zichtbaar: je ziet de naam Jaleco veelvuldig voorbij komen. Rick legt uit waarom dat zo belangrijk is. ‘Als de juiste initiatieven komen, vinden we dat we die moeten steunen. Niet alleen voor onszelf, maar ook om iets terug te doen voor het dorp. We steunen daarnaast initiatieven in de regio, maar de binding met Nieuw-Lekkerland is het sterkst.’
‘De SEN is goed op weg om de mogelijkheden te benutten’
De keuze voor Vriend van de SEN was een gemakkelijke, legt Rick uit. ‘Het is algemeen bekend dat er in het verleden niet veel voor de bewoners is georganiseerd. Gelukkig worden er steeds meer stappen in de goede richting gezet. Zo wordt jaarlijks Molenpop georganiseerd; dat was er vroeger bijvoorbeeld niet. Ook het organiseren van de Winter- en Summerfair door de SEN is een hele mooie ontwikkeling. Dat steunen we graag en daarom hebben we ervoor gekozen om Vriend van de SEN te worden.’
‘Nieuw-Lekkerland is best een lastig dorp om iets op te zetten, omdat de horeca niet erg uitgebreid is. Er zijn bijvoorbeeld weinig restaurants waar je gezellig wat gaat eten, en waar je vervolgens blijft hangen. Heb je dat wel, dan vergroot je de mogelijkheden om daaromheen iets te organiseren. Een bierfestival of iets rondom Koningsdag, om maar wat te noemen.’ Maar, zo benadrukt hij: ‘Ik geloof wel dat er extra mogelijkheden zijn, ook als je die plekken minder tot je beschikking hebt. De SEN is goed op weg om die mogelijkheden te benutten.’